Uitspraak van de rechter: Wibra wordt in het gelijk gesteld
Enkele weken geleden hebben wij ingezoomd op de uitspraak van de rechter, omtrent het inhalen van de min-uren in de lockdown periode. Hierin oordeelde de rechter dat het inhalen van de min-uren niet terecht was; echter bleek in de uitspraak van de Wibra anders geoordeeld te zijn.
In het korte geding wat recentelijk plaatsgevonden heeft, heeft de rechter besloten dat het de winkelketen Wibra vrij staat om de gemaakte min-uren van de medewerkers in te laten halen. De FNV had gevraagd om een verbod op het verplicht inhalen van de min-uren. Medewerkers met een flexibel contract zouden bij de verplichte winkelsluiting minder uren kunnen werken dan aangegeven staat in hun contract. Hierdoor hebben medewerkers min-uren opgebouwd en wil de Wibra nu, sinds de winkels weer open mogen, dat deze min-uren ingehaald gaan worden.
De FNV stelt dat de Wibra deze verplichting niet op mag legen, omdat zij onder meer NOW steun hebben ontvangen van de overheid, zodat zij het grootste gedeelte van de loonkosten konden betalen. De rechter heeft hierin geoordeeld dat de Wibra handelt volgens de cao voor het winkelpersoneel en dat het slechts om 40 minuten per werknemer in de resterende 35 weken van 2021 gaat. Dit zou dus niet onaanvaardbaar moeten zijn en daarom oordeelt de rechter dat de FNV onterechte verwijten maakt naar de Wibra, dat zij niet handelen uit ‘goed werkgeverschap’.
Nu hoor ik je denken: maar zojuist is er toch door een andere rechter bepaalt dat het inhalen van de min-uren voor het werkgeversrisico valt? Dat klopt. Echter valt het personeel van de Wibra onder een andere cao. De Wibra werkt namelijk met een soort ‘plus- en min-uren’ constructie, welke ervoor zorgt dat de medewerkers in de drukkere periode iets meer worden ingeroosterd dan hun contractuele uren en in de rustigere periodes iets minder worden ingeroosterd. Bijvoorbeeld: Klaas werkt 20 uur en mag een verschil hebben van maximaal 7 uur: Klaas mag dan dus minimaal 13 uur werken en maximaal 27 uur. De rechter heeft dus geoordeeld dat de Wibra gebruik mag maken van deze constructie, voor de periode dat de winkels gesloten waren in de corona-pandemie.
Daarbij geeft de Wibra ook aan dat de looncompensatie die zij gekregen hebben vanuit de NOW-regeling maar 80% van de personeelskosten dekte en dus bij lange na niet genoeg was voor de maar liefst 1800 medewerkers die zij op dat moment in dienst hadden.
De rechter geeft bij de gelijkstelling wel aan dat het inhalen van de min-uren in redelijkheid moet gebeuren. Extra inroosteren moet in goed overleg gaan met de medewerkers en zij hoeven zichzelf niet onbeperkt beschikbaar te stellen om extra te komen werken. Het FNV laat het hier vooralsnog niet bij zitten; deze uitspraak kan namelijk voor nog veel meer winkels gaan gelden in de winkelstraat welke onder dezelfde cao vallen. Het FNV stelt daarbij ‘dat er veel mis is met de cao en dat het belachelijk is dat er miljarden naar deze bedrijven gaan en de rekening toch komt te liggen bij de laagste inkomens.’
Ben jij benieuwd hoe het zit met jouw destijds aangevraagde NOW-regeling en wil jij weten waar je recht op hebt? Neem contact met ons op en wij helpen je graag verder!